Yvonne van Osch
Literaire punch #6: het ongezegde





fazant

Meer schaduw dan licht


Het staccato in Herta Müllers De mens is een grote fazant is als het tikken van koekoeksklok. Elk moment kan het beest naar buiten komen.




Gepost door Yvonne van Osch op 18 april 2015


De koster hakte de stronk af. De bijl gaf geen geluid. De koster goot een fles lampolie op de stronk. Hij stak hem aan. De stronk verbrandde. Op de grond lag een handvol as.

Melodieus is de schrijfstijl van Nobelprijswinnaar Herta Müller allerminst. Onderwerp, gezegde, lijdend voorwerp, bijwoordelijke bepaling, daar moeten we het ongeveer mee doen. Waarom, dacht ik, dat kan toch beter? Het duurde even eer ik het doorhad. Daarom! Het staccato slaat de maat als het tikken van een koekoeksklok, het gezegde in het ongezegde, ritme van dreiging en angst. Elk moment kan het beest naar buiten komen om de fazant voor altijd te verjagen.

De fazant, voor de door Ceausescu's dictatuur getekende Müller, is de mens. Een weerloze prooi in de sneeuw.

Zegels en formulieren


Molenaar Windisch, in dit boek, is een van die grote fazanten. Hij leeft, onder Ceausescu, in een dorp in het Duitstalig deel van Roemenië. Al jaren probeert hij op een eerlijke manier aan papieren te komen om naar Duitsland te gaan, maar vergeefs.
Wat kan er toch allemaal voor nodig zijn? Misschien had de gekwelde molenaar het liever niet geweten. Jonge vrouwen moeten met de pastoor op zoek naar doopaktes. In de sacristie in een ijzeren bed, zeker een keer of vijf. Daarna heeft de politie nog de nodige slechts op het matras te overwinnen strijd met zegels en formulieren.

Net als de bontwerker, de meubelmaker en de nachtwaker vecht Windisch voor zijn waardigheid. Maar hij weet dat ook zijn dochter eraan geloven zal. Als zij zich zonder al te veel bedenkingen klaarmaakt om naar de pastoor te gaan, valt een strip pillen uit haar jurk. Waarvoor, wil haar moeder weten, die heeft ze toch niet nodig?

Amalie trekt de rode jurk over haar hoofd. Haar voorhoofd glipt uit de witte kraag. Met haar ogen onder de jurk zegt Amalie: 'Ik neem ze voor alle zekerheid.
Windisch drukt zijn handen tegen zijn slapen. Hij gaat de kamer uit. Hij gaat op de veranda aan de lege tafel zitten. De kamer is donker. De kamer is een schaduwgat tegen de muur. De zon knispert in de bomen. Alleen de spiegel glimt. In de spiegel staat Amalies rode mond.
Voor het huis van de bontwerker lopen kleine, oude vrouwtjes. De schaduw van hun zwarte hoofddoeken gaat hun vooruit. De schaduw zal vóór de kleine, oude vrouwtjes in de kerk zijn.

Barak met ijzeren bedden


Steeds die schaduw, in dit boek. Meer schaduw dan licht. Want het meeste blijft ongezegd. Woorden als glasfabriek, bloem, meel, sneeuw, koolwitje... de frisse klank is wrang bedrog. Ze verhullen de pijn van een asgrauw verleden, waarin de hopeloze voortzetting van onrecht en kwaad.
Met zijn overgave aan corruptie vervliegt Windisch' laatste hoop op waardigheid. Ontzet ziet hij steeds opnieuw hoe de punten van de voeten van zijn dochter naar buiten wijzen. Die van zijn vrouw ook misschien? Wat blijkt:

Windisch' vrouw is vijf jaar in Rusland geweest. Ze sliep daar in een barak met ijzeren bedden. In de bedranden knisterden de luizen. Ze was kaalgeschoren. Haar gezicht was grauw. Haar hoofdhuid was rood aangevreten.

Mensen stierven er in de mijnen, maar Katharine, met de honger als een stekende egel in haar maag, vond een manier om te overleven. Ze verkocht eerst haar kleren, tot de laatste draad. Daarna haar lichaam.

Katharine ging toen het donker werd het licht van de sneeuw achterna. Ze bukte zich. Ze kroop langs de schaduw van de bewaker heen. Katharine stapte in het ijzeren bed van een man. Die was kok. Hij noemde haar Käthe. Hij warmde haar en gaf haar aardappelen. Die waren warm en zoet. De egel trok voor een paar uur zijn stekels in.

Eindelijk snapte ik de beeldspraak van de boom die zijn eigen appels eet. Snapte ik de vertroebelde relatie vol verzwegen verwijten tussen Windisch en zijn vrouw. Het moet de paradox van de waardigheid zijn in alle naaktheid. Windisch dankt het leven van zijn vrouw aan haar prostitutie, maar kan haar deze toch niet vergeven. Daar gaat het kwaad, als de sapstroom in een boom, het bloed door de navelstreng. Zou zijn dochter zijn dochter...? Dat haal je de koekoek.


mullerIn 2015 zond de VPRO op 2Doc een aangrijpende documentaire uit over leven en werk van Herta Müller:  Het alfabet van de angst





Meer punch
Terug naar welkom