Yvonne van Osch  home  portfolio  over mij

Aan de microfoon #13

Impressie minisymposium KNAW, 30 april 2015

Vergeten schrijvers


Wie schrijft die blijft? Nou, niet altijd hoor. Vergetelheid is het lot van bijna alle schrijvers. Literaire parelduikers van de KNAW roepen enkelen van hen terug uit het dodenrijk.

Gepost door Yvonne van Osch op 9 mei 2015

Walter Scott… wie was dat ook weer? De zwarte man die in South Carolina door de politie werd doodgeschoten in april dit jaar? Ja, ook. En verder, verder terug in de tijd? Even wachten, even denken. Natuurlijk! De schrijver van Ivanhoe! Walter Scott schiep bijna 200 jaar geleden een heel nieuw genre met zijn boek, dat van de historische heldenroman. Toch herinnert zich haast niemand hem. Een lot dat vele in hun tijd wereldberoemde auteurs getroffen heeft en nog zal treffen.
Of dat erg is? Daarover praten de liefhebbers op dit minisymposium van KNAW onder leiding van Wim Brands vandaag.



ivanhoe
Beeld uit de serie die in de jaren 1960 draaide op de Nederlandse tv


Walter Scott was een culturele duizendpoot en een vernieuwer, die veel latere auteurs zoals Victor Hugo en Lev Tolstoj op ideeën heeft gebracht, vertelt Ann Rigney, hoogleraar taal- en literatuurwetenschappen aan de Universiteit Utrecht. Het bijzondere was, dat hij de verheerlijking van gestorven helden tegelijkertijd ook relativeerde. Dat bleek al in een van zijn vroegste romans, Old Mortality (1816), waarin een man op leeftijd besluit de rest van zijn dagen te wijden aan het schoonmaken en opnieuw graveren van de graven van martelaren uit de 17de-eeuwse strijd tussen Schotse presbyterianen en de Engelse kroon.
Het werk aan de grafstenen van gesneuvelde helden, zegt Rigney, kun je zien als een bespiegeling op het werk van romanschrijvers zelf. Met het oppoetsen van dode letters mag je de geschiedenis eer bewijzen, het blijven dode letters. Laten we dus, zo heeft de schrijver mogelijk willen zeggen, vooral de moderne tijden vieren.

Eeuwigheidswaarde

Een notie waar gespreksleider Wim Brands wel wat mee kan. In drie generaties verstoft je werk op zolder, geeft hij aan, en wat geeft het? Welke zinnen, gedichten, geschriften hebben werkelijke eeuwigheidswaarde (voor zover die bestaat)? Je pakt een vergeelde roman uit je boekenkast, ziet de strepen, de uitroeptekens, de ezelsoren. O ja, denk je, hier was ik wild van in die tijd, 1979, 1984, 1996, 2002. Maar waarom? De stijl lijkt hopeloos oubollig, de thematiek achterhaald, het plot vergezocht. Die navelstaarderij, dat moeilijke gedoe! Brands had het met Böll, wiens werk hij vroeger verslond. Vergeten is onherroepelijk, denkt hij.
Maar... moeten we dan straks ook Shakespeare uitzwaaien, vraagt een man in de zaal zich af. Nabokov, Hemmingway? Homerus en Cicero?!


brands
Wim Brands in de Rembrandtzaal van het Trippenhuis tijdens het KNAW-minisymposium


Het antwoord ligt in de sluiers van de eeuwen die nog gaan komen. Zeker is dat een rentree van zelfs het bijna-vergetene niet onmogelijk is. Dat bewijst het Skelton Project, een project waarin het werk van de laat-middeleeuwse dichter, satiricus en liedjesschrijver John Skelton dankzij de inspanningen van drie oud-studenten klassieke, middeleeuwse en renaissancestudies van de rijksuniversiteit Groningen weer tot leven wordt gewekt.

Viraal

De studenten, Hiske Feenstra, Nadine Kuipers en Floor Kuiper, waren getroffen door de gelaagdheid en muzikaliteit van de gedichten van Skelton. Waarom de kunstenaar het nooit tot de culturele canon heeft geschopt, snapten zij zelf ook niet goed. What could be dafter, than John Skelton’s laughter … zo werd er zelfs spottend gerijmd. Nadine Kuipers vermoedt dat de dichter te laat was voor de middeleeuwen en te vroeg voor de renaissance. De periodisatieboot gemist, omschrijft ze.
Nu, zo'n 550 jaar later, lijkt die boot dankzij hun project alsnog aan te komen, en niet eens zo heel geruisloos. De onderzoekers hadden rondom al wat interesse bespeurd voor de aangename klanken van het Midden Engels waarin Skelton schreef, een mysterieuze taal vol historische informatie. En toen werd het filmpje dat ze op hun website plaatsten met het ingesproken gedicht Speke Parott  gedeeld op de Amerikaanse nieuwswebsite Reddit en bereikte zo maar liefst 100.000 kijkers in 24 uur. Zelfs de BBC hing aan de lijn over het wonderbaarlijke project van de drie Hollandse meiden. Ze gingen viraal.


dames
Hiske Feenstra, Nadine Kuipers en Floor Kuiper van het Skelton Project


De moodswings van de publieke cultuur zijn onvoorstelbaar, zegt Wim Brands. Kijk naar André Rieu. Wie had kunnen denken dat zijn buiging naar de 18de-eeuwse concertpraktijk, zoals omschreven in een boek van Maaike Meijer, het hart van zo’n groot publiek zou raken? Timing is belangrijk, maar de rol van het toeval ongetwijfeld ook. Wie weet hoe veel prachtig werk onopgemerkt gebleven is?

Zuivere broeders van Basra

Remke Kruk, emeritus hoogleraar Arabische taal en cultuur van de Universiteit van Leiden, is de laatste spreker. Wat we niet mogen vergeten? De Zuivere broeders van Basra, zegt zij, een anonieme groep dichters die meer dan duizend jaar geleden, puttend uit alle grote religies en filosofieën, verhandelingen schreef om het volk te inspireren. Een tijdloze bloemlezing uit leven van het kleinste  schepsel tot de meest afstandelijke ster, rustig en in serene taal uitgelegd. Onderzoek alle dingen en behoudt het goed, was de stelregel van de verlichte moslims uit Basra. En zie hoe het nu is in deze oude stad in het huidig Irak, zegt Kruk met verdriet. De verschrikkingen, het fanatisme.


kruk en rigney
Remke Kruk (l) en Ann Rigney

Literatuur kan daar helaas niets aan doen, hooguit troosten. Alles gaat voorbij. Kruk vertaalde De zaak van de dieren tegen de mensen, waarin de dieren in opstand komen tegen alle door de mens opgelegde kwellingen, een verhaal waaruit wijsheid, humor en mededogen spreekt, met als hoogtepunt de krekel die een lied zingt voor de koning van de djinns, de geesten, om hem te steunen in zijn rechtspraak.

De mens moet zich bevrijden van de ketenen van materie, is de uiteindelijke boodschap van de zuivere broeders van Basra, vertelt Kruk. En zij verpakten die boodschap op zo’n manier - in verhalen, allegorieën, vorstenspiegels – dat er zelfs voor de minst belezen mensen een ingang was. Dat moet de reden zijn waarom na duizend jaar hun werk nog altijd wordt geciteerd, zegt Remke Kruk. Zij zou iedereen gunnen ook uitgebreider kennis te nemen van de tien eeuwen oude geschriften. Is het niet voor de wijsheid, dan toch alsjeblieft voor de schoonheid en het genot van de taal.

Het genot van de taal

Hoe bereiken we een nieuwe generatie lezers met het genot van de taal, is de slotvraag? Veel jongeren krijgen een lachstuip bij het zíen van een roman alleen al, merken zowel Remke Kruk als Ann Rigney. Toch maakt Rigney het ook nog vaak genoeg mee dat ze in een plotseling doodstil geworden collegezaal de vonken van letterenliefde ziet overspringen. We moeten niet bang zijn, zegt zij, om met passie over teksten te blijven spreken.

Precies, vindt Wim Brands, onvermoeibaar pleitbezorger van het betere boek. Weg met de toptienterreur en het vijftig-tinten-grijseffect, stop de verschraling. Passie kan ons redden. De onderzoekers van het Skelton Project weten het. Je begint met een tekst, een gedicht, dan een serie, een filmpje, en dan... bèng! Je bent geen spons, zo hoorde Floor Kuiper laatst  over literatuurliefhebbers die optreden als ambassadeur, je bent een gieter.




Deze impressie is op eigen titel geschreven door Yvonne van Osch




Terug naar het overzicht van de serie
Terug naar welkom
Naar portfolio
Naar over mij



Tekstbureau Yvonne van Osch
Binnenkadijk 117, 1018 ZE Amsterdam
opschrift@tip.nl | 06-37313100


mail linkedin twitter